Er moet altijd een volwassene kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht. Een beroepskracht mag nog steeds alleen op de groep staan. Zolang maar op elk moment een andere volwassene de mogelijkheid heeft om mee te kijken of mee te luisteren.
Het vierogenprincipe gaat vooralsnog alleen gelden voor de dagopvang.
De kinderopvang is verplicht om de oudercommissie om advies te vragen bij invulling van het vierogenprincipe in de praktijk. De kinderopvang is verplicht ouders te informeren over de manier waarop invulling gegeven gaat worden aan het vierogenprincipe.
De GGD controleert hierop.
(Tekst uit brief Wijzigingen in wet- en regelgeving kinderdagverblij- ven van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid d.d. 8 februari 2013).
Het doel van de maatregel is het voorkomen van situaties waarin de gelegenheid bestaat tot het plegen van (seksueel) misbruik bij kinderen in de dagopvang.
Met de convenantpartijen is afgesproken het vierogenprincipe vooralsnog alleen te introduceren voor de dagopvang, omdat in de buitenschoolse opvang het risico op misbruik kleiner wordt geacht. In de buitenschoolse opvang slapen de kinderen niet meer tijdens de opvang en zijn er minder verzorgingsmomenten dan in de dagopvang. (Tekst uit Staatscourant, Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 oktober 2012, nr. KO/B/2012/14340, tot wijziging van de Regeling Kwaliteit Kinderopvang en Peuterspeelzalen 2012 in verband met de vastlegging van het vierogenprincipe en enige andere wijzigingen), d.d. 30 oktober 2012).
Om verschil in interpretatie van het vierogenprincipe te voorkomen is informatie bij de helpdesk van de Brancheorganisatie Kinderopvang gevraagd.
Het volgende is aan de helpdesk voorgelegd:
We willen in onze Kinderopvang aan de slag gaan met het vierogen principe en inventariseren of en welke verbeterpunten/knelpunten in onze Kinderopvang opgepakt moeten gaan worden.
Een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht. Een beroepskracht mag nog steeds alleen op de groep staan. Zolang maar op elk moment een andere volwassene de mogelijkheid heeft om mee te kijken of te luisteren.
In onze kleine locatie met 1 groep dagopvang, 1 groep BSO 1 peutergroep hebben we het streven dat als een beroepskracht volgens BKR alleen op de groep mag staan, een stagiaire of vrijwilliger erbij te plaatsen. Wat we ons afvragen is of het volgens het vierogenprincipe juist is, als er 1 beroepskracht in de DO aan het werken is en er gelijktijdig in de BSO een beroepskracht aan het werk is of een andere volwassene op bijvoorbeeld kantoor aan het werk is waardoor de mogelijkheid bestaat dat deze volwassene meekijkt of meeluistert: is dit dan minimaal voldoende?
Het antwoord van de helpdesk luidt:
Het vierogenprincipe betekent inderdaad dat een pedagogisch medewerker altijd gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Inzet van personeel dat op gezette tijden (onverwachts) even langskomt om te kijken hoe alles loopt, klinkt als een prima oplossing om aan het vierogenprincipe te voldoen.
Stagiaires enof vrijwilligers kunnen het extra paar ogen vormen, maar zoals de definitie van de wet aangeeft: het moet een volwassene zijn. Wij hebben twee dagen in de week een vrijwilligster dus zij is het extra paar ogen die we nodig hebben om aan het vierogenprincipe te voldoen.
Daarnaast is het zo, dat de oudercommissie adviesrecht heeft over hoe wij invulling geven aan dit principe en ook dat wij de ouders jaarlijks informeren over hoe wij de veiligheid van de kinderen waarborgen via het vierogenprincipe.
Het bovenstaande is de wettelijke regelgeving.
We houden ons als organisatie aan leidster kind ratio. In een kleine groep is soms maar een leidster aanwezig, zij wordt dan ondersteund door een vrijwilliger of en stagiaire zodat er toch aan het vier ogen principe wordt voldaan.
Onze leidsters ondersteunen elkaar en krijgen begeleiding van hun leidinggevende.